Een groot deel van het fijnstof in de lucht wordt veroorzaakt door opwaaiend stof van de grond, bijvoorbeeld door turbulentie van de lucht op wegen en in de bermen, veroorzaakt door het verkeer. Dit fijnstof, zeker als het ook kwartsstof bevat, is zeer schadelijk voor de gezondheid. Kwarts is een natuurlijk product en komt voor in o.a. zand en klei, maar ook in bouwmaterialen als baksteen, tegels, beton en verschillende mortels.

Tegenwoordig worden bermen van polderwegen vaak verhard met dit kleingemaakte bouwmateriaal (puingranulaat). Bij hergebruik van deze bouwmaterialen als bermverharder verspreiden we het kwartsstof op een voor de mens en het milieu onverantwoorde wijze. Langdurige blootstelling aan kwartsstof kan namelijk ernstige gezondheidsrisico’s veroorzaken. Door de inspanning van fietsers en wandelaars langs de polderwegen kan het fijne stof in korte tijd diep in de longen doordringen en zich hechten aan de longblaasjes.

Op termijn kan dit zelfs leiden tot silicose en longkanker. In het buitengebied van Heusden worden de landbouwwegen verbreed door het steeds maar bijstorten van puingranulaat. Op plaatsen is het wegprofiel hier tot ruim 1,50 m verbreed. Bijkomend: door de plaatselijke verbredingen van het wegprofiel met het bijgestorte granulaat wordt met een hogere snelheid gereden en ontstaan ook daardoor gevaarlijke situaties voor wandelaars en fietsers.

De vragen van GroenLinks en de Partij van de Arbeid zijn:

1. Hoe schat het college de gevaren van fijnstof – met name kwartstof – voor de gezondheid van fietsers en wandelaars in?

2. Waarom worden in Heusden de bermen van de wegen in het buitengebied verhard en verbreed met puingranulaat?

3. De gemeente is (mede)verantwoordelijk voor de gezondheid van zijn inwoners en moet gezondheidsschade voorkomen (ministerie SZW en regionale ARBO diensten). Hoe valt het met puin verharden en verbreden van de wegen hiermee te rijmen? In plaats van te kiezen voor het verharden met puingranulaat kunnen bijvoorbeeld ook grastegels gebruikt worden. Naast minder fijnstof, levert dit ook een minder forse aanslag op de bermflora.

4. Heeft de gemeente zich georiënteerd op andere, voor gezondheid en milieu minder belastende, opties voor het verharden van de bermen? Of is het college alsnog bereid dat te doen?

5. Is het college bereid om te komen met een raadsvoorstel waarin betere alternatieven worden uitgewerkt waardoor fietsers en wandelaars niet worden blootgesteld aan dit fijnstof? Zo nee, waarom niet?